- trouwens, ook wij allen hebben vroeger daarin verkeerd, in de begeerten van ons vlees, handelende naar de wil van het vlees en van de gedachten, en wij waren van nature, evenzeer als de overigen, kinderen des toorns – (Efeze 2:3)
Het is heel menselijk om alles te willen begrijpen met je verstand. Ook als het om geloofszaken gaat vinden we het moeilijk om dingen te aanvaarden die we met ons verstand niet kunnen vatten. Zo zijn er wellicht velen die worstelen met vragen als: “Als God liefde is, waarom laat Hij dan zoveel ellende gebeuren in deze wereld?" Of: “Waarom laat God dit kwaad toe in mijn leven”? En nog voordat we het beseffen slaan onze gedachten op hol, en komen we terecht in een wirwar van gedachtenspinsels.
Onze gedachten kunnen ook een belangrijke rol spelen als we onze levenswijze willen rechtvaardigen. We trekken onze logische conclusies en handelen daarnaar. Zo zou een dief kunnen bedenken dat het juist is om te stelen, omdat hij lijdt aan een groot gebrek, en anderen rijkdom in overvloed hebben. “Het is toch niet erg dat ik iets van hem steel? Hij heeft toch genoeg!”. Ja, het kan zelfs zijn dat een man zijn overspel met een andere vrouw goedpraat door een drogredenatie. “Als mijn eigen vrouw mij niet meer geeft waar ik behoefte aan heb, dan is het toch logisch dat ik het zoek bij een ander?”
En zo kunnen we van alles bedenken om onze eigen ongehoorzaamheid aan God goed te praten.
In de tekst boven deze overdenking rekent de apostel Paulus hier echter mee af. Als gelovige laat je je niet langer leiden door de wil van het vlees en van de gedachten. Of het nu gaat om de grote vragen des levens of je eigen levenswijze: Niet je gedachten bepalen de richting die je uitgaat, maar datgene wat God zegt in zijn woord bepaalt de richting die je uitgaat.
We leven in een tijd waarin we door allerlei media overspoeld worden met allerlei gedachten van mensen over van alles en nog wat. Met name als geloofskwesties ter sprake komen, worden gelovigen al snel uitgemaakt voor engdenkende conservatieve mensen.
Oh nee, engdenkend en conservatief willen we natuurlijk niet zijn, dus ook wij als gelovigen voelen de neiging om mee te denken met de wereld om ons heen. Ook als gelovigen zeggen we: "je moet wel meegaan met je tijd!"
Maar lopen we dan niet het gevaar de geest van de wereld in ons midden toe te laten? En waarschuwt de apostel Paulus ons niet voor de geest, die thans werkzaam is in de kinderen der ongehoorzaamheid (Efeze 2:2)?
Er zijn tal van gebieden waarin we waakzaam moeten zijn om ons niet in te laten met deze geest. Bij vragen als: Hoe is de wereld ontstaan? Is de mens zondig? Leven mensen los van God in de duisternis? Wat is het doel van ons leven, etc. etc, mogen we ons laten leiden door het woord van God, en niet door allerlei kunstig bedachte theorieën.
En ook bij ethische vragen als: hoort de seksualiteit alleen binnen het huwelijk? En…is het goed om water bij de wijn van Gods normen te doen? En…moet ik mijn vijanden liefhebben? Voor ons als gelovigen geldt: Gods woord is de beslissende norm, en niet onze eigen gedachten bepalen de richting de wij uitgaan.
Want gij waart vroeger duisternis, maar thans zijt gij licht in de Here; wandelt als kinderen des lichts, - want de vrucht des lichts bestaat in louter goedheid en gerechtigheid en waarheid - en toetst wat de Here welbehagelijk is (Efeze 5:8-10)
Voetnoot: Alle Bijbelteksten in deze overdenking zijn ontleend aan: Vertaling 1951 in opdracht van het Nederlands Bijbelgenootschap bewerkt door de daartoe benoemde commissies , © Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap, 1951.