Niet langer leven voor jezelf.

Gepubliceerd op 25 mei 2021 om 11:40

En voor allen is Hij gestorven, opdat zij, die leven, niet meer voor zichzelf zouden leven, maar voor Hem, die voor hen gestorven is en opgewekt. (2 Kor.5:15) 

In het bovenstaande vers lezen we het doel, waarvoor Christus voor ons is gestorven: dat wij niet meer voor onszelf zouden leven. En als dat de bedoeling is, dan lijkt het me belangrijk om te weten wat dat is: voor jezelf leven? En zodra we weten wat het is kunnen we het ook afleren. Immers dat moet toch mogelijk zijn? Immers Christus is voor ons gestorven om dat mogelijk te maken, en zouden we ons niet uitstrekken naar alles wat Hij mogelijk heeft gemaakt?

Voor jezelf leven, de uitdrukking zegt het al: als je voor jezelf leeft dan ben jij zelf het doel van je leven. En wij allen kennen die ervaring. En het is ook dikwijls het getuigenis van mensen die tot geloof komen en Christus leren kennen. Vaak zeggen zij: vroeger leefde ik voor mezelf. Maar nu leef ik voor God!

Dat leven voor zichzelf uit zich op verschillende manieren. Ik heb niet de pretentie om een totale ontledende beschrijving te geven, maar ik hoop toch enigszins een beeld te kunnen schetsen van wat het inhoudt. Leven voor zichzelf betekent in de eerste instantie: zelf-liefde. Jij zelf staat op de eerste plaats in het leven. Dit in contrast met het voornaamste gebod: Gij zult de Here, uw God, liefhebben met geheel uw hart en met geheel uw ziel en met geheel uw verstand. Dit is het grote en eerste gebod. Het tweede, daaraan gelijk, is: Gij zult uw naaste liefhebben als uzelf. (Mat.22:37-39)  

In plaats van God en je naaste, sta jijzelf bovenaan het prioriteitenlijstje van je leven.  Dat begint al als je nog kind bent. We weten allemaal wat een kind verlangt als een lekkere taart in stukken wordt verdeeld. Een kind wil het grootste stuk! Zelfliefde! Als volwassene zijn we dat wel afgeleerd, want we willen niet dat anderen over ons denken dat we hebberig zijn. Ook zelfliefde. Maar toch zit het in onze aard, die hebberigheid. Wie wil er niet rijk zijn? Wie wil niet een totale veiligheid scheppen voor zijn eigen toekomst? Wie is er niet blij en gelukkig als hij de loterij wint? Ja, want veel geld, dat neemt toch een grote bezorgdheid om onszelf weg.

Je ziet de zelfliefde ook als er bijvoorbeeld spullen worden ingezameld voor mensen in nood. Wat geven we meestal? De dingen die we zelf niet meer nodig hebben! Tja we moeten wel eerst heel goed nadenken voordat we iets weggeven wat we net hebben aangeschaft van ons zuurverdiende geld! En denk nu niet dat ik bezig ben met anderen te be- of veroordelen. Ik sluit mezelf in. Het is namelijk de aard van het beestje. Ieder mens zit opgezadeld met zichzelf. En daar wil Christus de mens van verlossen. Door zijn dood aan het kruis.

Maar ook als je verlost bent, blijft het een leerschool om niet voor jezelf te leven. Ja, ook onder gelovigen blijkt het leven voor zichzelf een grote rol te spelen. Alleen al de populaire theorie die ons leert dat we eerst van onszelf moeten gaan houden voordat we een ander kunnen liefhebben zegt al genoeg. Waar staat dat in de Bijbel, dat we eerst van onszelf moeten gaan leren houden? Nee de Bijbel leert ons dat de mens van nature al van zichzelf houdt, en zichzelf op de eerste plaats zet. En de opdracht is, niet om nog meer van zichzelf te gaan houden, maar om God en de naaste lief te hebben! Voortaan niet meer zichzelf op de eerste plaats, maar God en de ander.

En toch zijn ook wij als gelovigen veelal met onszelf bezig. We werken aan zelf-ontplooiing, we werken aan genezing van ons beschadigde ik, we worstelen met ons gevoel van minderwaardigheid omdat we onszelf te zondig vinden. Is het eigenlijk niet zonde van al die tijd die we verspillen met het voortdurende sleutelen aan onszelf? Ook gelovigen gaan van therapie naar therapie, op zoek naar rust, naar genezing. Want het lukt maar niet om in het reine te komen met onszelf. Ja soms lukt het wel. Maar dan worden we zelf-verzekerd! Trots op onszelf, dat het ons toch gelukt is om onszelf te gaan liefhebben. Is dat dan de bedoeling van God met ons leven? Zouden we niet beter onze tijd investeren in het dienen van Hem en uitzien naar onze geweldige toekomst in heerlijkheid  (Rom.8:18)?

De meest vrome en subtiele vorm van zelfliefde is wel het streven naar perfectie en heiligheid. Nee, niet de ware gehoorzaamheid aan Christus vanuit het hart, maar een heiligheid, om toch vooral te laten zien dat wijzelf betere christenen zijn dan anderen.

Ja, dat leven voor zichzelf, zit diep verankerd in de mens. Waardoor voelen we ons vaak gekwetst? Door onze liefde voor onszelf. Waardoor ontstaan er ruzies in kerken en gemeenten? Door de liefde voor onszelf. Waardoor zijn we ontevreden over de omstandigheden waarin wij leven? Door de liefde voor onszelf. Waardoor zijn we angstig en bang om onze veiligheid te verliezen? Door de liefde voor onszelf. Waardoor klagen we en zoeken we de aandacht van anderen? De liefde voor onszelf!

Maar er is een oplossing. O ja? Zal iemand zeggen? Zo simpel is dat niet! Ik vraag me dan af: zijn de oplossingen die God ons zelf aanbiedt dan onmogelijk? Is het dan te moeilijk om voor ons te vatten? Geeft God ons onbereikbare beloften? De oplossing vinden wij in hoofdstuk 6 van de Romeinenbrief (debijbel.nl). Ik heb hier al eerder in mijn overdenkingen naar verwezen.  Dit hoofdstuk is een sleutel om te leren niet langer voor jezelf te leven, ik raad u dan ook aan om dit hoofdstuk nog eens aandachtig te lezen.

Eigenlijk zegt dit hoofdstuk, dat wij niet langer hoeven te leven voor onszelf, omdat wij zelf met Christus gestorven zijn. Toen Hij aan het kruis stief, stierven wij met Hem. Onze oude mens is mede-gekruisigd. En dat is de sleutel om niet langer voor jezelf te leven. Je bent vrij van jezelf! Waarom zou je dan nog langer luisteren naar jezelf? Je bent voortaan levend voor God!

Wanneer ons zelf de kop lijkt op te steken, mogen wij het wegsturen naar de plek waar het hoort: namelijk aan het kruis waar Christus is gestorven. Dat is de oplossing die simpel is, maar ook weer moeilijk. Want het betekent jezelf loslaten en je leven geheel toevertrouwen aan Hem. Mijn geld? Het is Zijn zorg. Mijn omstandigheden? Het is Zijn zorg. Mijn gekwetstheid? Het is Zijn zorg. Mijn gezondheid? Het is Zijn zorg. Mijn verslaving? Het is Zijn zorg.  Noem het maar op. Alles wat ons leven aangaat is van Hem. Immers wij zijn gestorven. Niet langer wij leven. Maar Christus leeft in ons. (Gal.2:20). Het is telkens zeggen: Niet ik, maar Hij. Hij leeft in mij, en van daaruit leef ik niet langer voor mezelf maar voor Hem.

En dat geeft vrede en rust. Een rust en vrede waar we misschien al ons hele leven naar op zoek zijn, en maar niet kunnen vinden. Misschien wel omdat we deze vrede en rust vooral voor onszelf zoeken. We willen gelukkig zijn, maar het het lukt maar niet. En soms lijkt het wel te lukken, maar diep van binnen blijft dat verlangen naar iets wat we maar niet kunnen vatten. Maar God biedt het je aan. En jij mag aanvaarden dat jij stierf toen Christus voor jou stierf. Dan mag jou eigen ik plaats maken voor Hem. En Hij is alles wat een mens nodig heeft. De ware rust en vrede.

Voetnoot: Alle Bijbelteksten in deze overdenking zijn ontleend aan: Vertaling 1951 in opdracht van het Nederlands Bijbelgenootschap bewerkt door de daartoe benoemde commissies , © Nederlands Bijbelgenootschap,  1951