Met Pasen vieren we dat Jezus is opgestaan uit de dood. Het volgende feest wordt de Hemelvaart en dan volgt Pinksteren. Dan kunnen we deze dagen voorlopig weer even vergeten en uitzien naar een mooie zomer zonder feestdagperikelen. En dat is het nu juist waar ik wat moeite mee heb. Want om het nu even tot Pasen te beperken, zou ik de vraag willen stellen: zou het voor ons als gelovigen niet iedere dag Pasen moeten zijn?
Bij de instelling van het Pascha lezen we in Exodus 12:14: En deze dag zal u een gedenkdag zijn, gij zult hem vieren als een feest voor de Here; in uw geslachten zult gij hem als een altoosdurende inzetting vieren.
Ik verwijs hier naar het Pascha, omdat ons christelijke paasfeest hiervan is afgeleid. Ik ga hier nu niet verder in op de details van het Pascha, uitgezonderd het feit dat het feest werd ingesteld als gedenkdag (in het Hebreeuws: li-zikaron, tot herinnering) Het Pascha-feest moest de Israëlieten ieder jaar opnieuw herinneren aan de nacht waarin zij bevrijd werden uit Egypte. De nacht waarin de doodsengel aan hen voorbijging vanwege het bloed van het lammetje op de deurposten (Exodus 12:13). Een mooie heenwijzing naar het bloed van Christus, het voor ons geslachte Lam, dat ons bevrijd van de slavernij aan de zonde.
Het Pascha was dus voor de Israëlieten een feest van herinnering. En hier kom ik weer terug bij ons Paasfeest. Waarom iedere dag Pasen?
Hier is het goed om te beseffen dat wij als gelovigen bevoorrecht zijn dat wij leven in de tijd na het volbrachte werk van Christus. De tijd waarin Jezus Christus reeds is opgestaan uit de dood en gezeten is in de hemelen aan de rechterhand van de Vader, en wij met Hem!
Door de Heilige Geest zijn wij één geworden met zijn opstanding, en mogen wij van daaruit leven. Voortaan dood voor de zonde maar levend voor God in Christus (Rom.6:10-11). Oftewel: de opstanding van Christus is dagelijks ons deel! Als er geen opstanding was geweest, waren we niet eens gered geweest en nog altijd dood en verloren in de zonde (1 Kor.15:17). Maar we zijn verlost. We hebben het leven in Hem ontvangen. Door zijn dood en opstanding. Voortaan is het iedere dag Pasen!
Hoewel ik de feestdag van Pasen mooi vind, en het natuurlijk geweldig is dat Christus is opgestaan uit de dood, hecht ik zelf niet zoveel waarde aan het houden van bepaalde dagen. De opstanding van Christus vind ik te belangrijk, om slechts twee dagen per jaar te gedenken. Waarbij de gekleurde eieren en de paashaas er natuurlijk ook niet veel goeds aan bijdragen, maar dat terzijde.
En het is goed om te beseffen dat wij in een geheel andere positie leven als de Israëlieten die bevrijd werden uit Egypte. Zij moesten door het Pascha, jaar in jaar uit, deze bevrijding blijven herinneren. Oftewel: het mocht niet vergeten worden! En dan vraag je je af: is het nu echt denkbaar, dat wij, als wij geen Pasen zouden vieren, dat wij dan de opstanding van Christus zouden vergeten?? Nee natuurlijk niet! Immers zijn Geest woont in ons. Deze Geest is de Geest van de opgestane Zoon van God. De Geest van het Zoonschap. (Rom.8:15). De opgestane verheerlijkte Christus leeft in ons (Gal.2:20). Nee, daar hoeven we niet aan herinnerd te worden. Het is de dagelijks feit. Een dagelijkse werkelijkheid!
Het is fijn en mooi om te feesten. En zeker als wij de prachtige heilsfeiten vieren! Maar hebben wij deze feesten ook nodig? Zouden we anders de heilsfeiten vergeten? Ik denk het niet. Immers de werkelijkheid van Christus leeft in ons.
In Rom. 14:5-6 zegt Paulus over het houden van dagen: Deze immers stelt de ene dag boven de andere, gene stelt ze alle gelijk. Ieder zij voor zijn eigen besef ten volle overtuigd. Wie aan een bepaalde dag hecht, doet het om de Here, en wie eet, doet het om de Here, want hij dankt God; en wie niet eet, laat het na om de Here en ook hij dankt God.(Rom.14:5-6)
Ik zelf behoor tot de categorie `gene stelt ze alle gelijk.` Immers, al die geweldige zaken die Christus voor ons volbracht heeft gelden niet voor een paar dagen. Zij mogen iedere dag ons deel zijn! Maar ik begrijp ook als er gelovigen zijn die voor de Here wèl bepaalde dagen/feesten willen vieren. En ik heb er dan ook geen enkele moeite mee om mee te vieren. Immers, waarom zouden we niet blij en dankbaar zijn voor alles wat de Here geeft?
Het is een ander verhaal als anderen je willen verplichten om te vieren. Alsof van de viering van feesten ons heil zou afhangen. Alsof je zonder het houden van feesten en dagen toch niet helemaal goed bezig bent! Daar verzet ik me tegen. Dat doet namelijk af aan het volbrachte werk van Christus en de vrijheid die het ons gebracht heeft. Volkomen verlost! Volkomen bevrijd! Levend voor God! Daar kan geen feest of dag iets aan af- of toedoen.
Voetnoot: Alle Bijbelteksten in deze overdenking zijn ontleend aan: Vertaling 1951 in opdracht van het Nederlands Bijbelgenootschap bewerkt door de daartoe benoemde commissies , © Nederlands Bijbelgenootschap, 1951